Net als in de klassieke fabel speelt de sprinkhaan op zijn viool en leeft hij voor het moment, terwijl de ijverige mieren enorme hoeveelheden voedsel verzamelen voor de winter. Met zijn lied weet hij tenminste één kleine mier te overtuigen totdat de koningin arriveert en hem weer aan het werk zet. De koningin waarschuwt de sprinkhaan voor de problemen die hem te wachten staan in de winter. De winter breekt aan en de bijna uitgehongerde sprinkhaan stuit op de mieren, die in hun knusse boompje een feestmaal aan het houden zijn. Ze nemen hem op en warmen hem op. De koningin vertelt hem dat alleen degenen die werken kunnen eten, dus hij moet spelen voor hen. Geschreven door Jon Reeves