Verpleegster Daphne wordt door het ziekenhuis waar ze werkt beschuldigd van nalatigheid en wordt ontslagen. Ze neemt een baantje aan bij Karen Andrews, een vrouw die in een buitenwijk woont. Daphne gaat in de weekenden zorgen voor de diabetische zoon van Karen. Wanneer er in de omgeving een kinderoppas dood aangetroffen wordt, krijgt Daphne het vermoeden dat er zich in de omgeving van het huis vreemde dingen afspelen.